Reglement Cor van Lent competitie

Artikel 1. SPELREGELS.

Lid 1. Het aanvangstijdstip van de partij, als bedoeld in artikel 6.5 van de FIDE-regels is 20.00 uur.

Lid 2. De bedenktijd voor de partij is dezelfde als bepaald in artikel 23 lid 1 van het  Competitiereglement van de RSB.

Lid 3. De regels voor het noteren van de zetten zijn dezelfde als bepaald in artikel 23 lid 2 van het Competitiereglement van de RSB.

Artikel 2. DE COMPETITIE.

Lid 1. Er wordt in 1 (één) Groep gespeeld.

Lid 2. Spelers spelen maximaal 2 (twee) maal tegen elkaar.

Lid 3. De witspeler geeft de uitslag door aan de wedstrijdleider en de zwartspeler ruimt de stukken op.

Artikel 3. DE EINDSTAND.

Lid 1. De eindstand wordt bepaald door het behaalde winstpercentage.

Lid 2. Om in de eindstand opgenomen te worden, dient een speler minimaal 25 wedstrijden te spelen. Alle gespeelde partijen voor de RSB/KNSB competities tellen mee als een gespeelde wedstrijd, maar de uitslag wordt niet in de stand meegenomen (maximaal 8 wedstrijden per seizoen). Een een bye (oneven), wedstrijdleiding extern en bardienst tellen mee als een gespeelde wedstrijd. In een seizoen kan maximaal 2 maal zo'n alternatief aanwezigheidspunt worden behaald. Aanwezig zijn op de Rapid Avond telt niet mee als een gespeelde wedstrijd. Op een Rapid Avond kunnen immers inhaalwedstrijden worden gespeeld die wel meetellen.

Artikel 4. KAMPIOENSCHAP, PROMOTIE en DEGRADATIE.      

Lid 1. De groep wordt onderverdeeld in 3 (drie) subgroepen. Er wordt gespeeld om een Algemeen en een Winter kampioenschap. In beide competities is onderstaande promotie– en degradatieregeling van toepassing.

Lid 2. De nummer 1 (één) van de Wintercompetitie is Winterkampioen. De nummer 1 over het hele seizoen Kampioen van Shah Mata.

Lid 3. De nummers 1 (één) van de subgroepen 2 (twee) en 3 (drie) zijn kampioen van desbetreffende subgroep.

Lid 4. De nummers 1 en 2 van de subgroepen 2 en 3 promoveren naar een hogere subgroep.  

Lid 5. De twee laagst geplaatste spelers van de subgroepen 1 en 2 degraderen naar een lagere subgroep, ongeacht het aantal partijen dat zij gespeeld hebben.      

Lid 6. Bij gelijk eindigen wordt de eindstand bepaald door achtereenvolgens het onderling resultaat, de weerstandspunten en de SB-punten. Geeft dat geen uitsluitsel dan geldt het aantal gespeelde wedstrijden. De speler met meer gespeelde wedstrijden eindigt dan hoger. Is ook dit aantal gelijk, dan wordt in overleg met de wedstrijdleider een Barrage gespeeld.    

Lid 7. Na de laatste speelavond in januari wordt een tussenklassement opgemaakt waarvan de nummers 1 van de 3 subgroepen Winterkampioen zijn. Spelers moeten minimaal 13 (dertien) partijen hebben gespeeld en maximaal 4 alternatieve aanwezigheidspunten krijgen. (zie artikel 3 lid 2).

Lid 8. Jaarlijks wordt door het bestuur bekeken of de subgroepen nog eerlijk zijn verdeeld en eventueel van dit reglement moet worden afgeweken. 

Artikel 5. INDELING NIEUWE LEDEN.

Lid 1. Nieuwe leden worden ingedeeld in de subgroep waarvan de gemiddelde rating overeenkomt met de rating van het nieuwe lid.

Lid 2. Leden, die een seizoen niet hebben meegespeeld, worden ingedeeld alsof zij nieuw zijn.

Lid 3. Nieuwe leden zonder bekende rating worden ingedeeld in de laagste subgroep.

Artikel 6. INDELING.

Lid 1. De wedstrijdleider maakt elke week aan de hand van de afmeldingen een voorlopige indeling.

Lid 2. Om een wedstrijd in te halen op een Rapid avond moet men zich aanmelden bij de wedstrijdleider. Alleen spelers die een achterstand wat betreft aantal gespeelde wedstrijden hebben opgelopen komen in aanmerking voor een inhaalwedstrijd. 

Artikel 7. AFMELDEN.

Lid 1. Afmelden moet gebeuren bij de wedstrijdleider of zijn vervanger. Ook spelers met een voorlopige bye dienen zich af te melden.  

Lid 2. Afmelden kan mondeling, telefonisch, via WhatsApp of per E-mail. Per E-mail of WhatsApp is de afmelding pas geregistreerd als de wedstrijdleider de afmelding bevestigd heeft.

Lid 3. Dinsdag kan alleen telefonisch of via WhatsApp worden afgemeld.

Lid 4. Bij niet afmelden kan de wedstrijdleider de speler die niet is gekomen een verliespartij geven. Zijn tegenstander krijgt een andere tegenstander of een bye.

Artikel 8. ONVOORZIENE OMSTANDIGHEDEN.

Lid 1. In de omstandigheden waarin dit reglement niet voorziet, beslist de Wedstrijdleider.

Lid 2. Beroep tegen deze beslissing is mogelijk bij het Bestuur.